Auteursarchief: Oostkrant

Stadion Galgenwaard

In de crisisjaren 30 van de vorige eeuw telde Utrecht 40.000 werklozen op een bevolking van 160.000. Daarom kwam de overheid met werkverschaffing, grote publieke projecten zoals de bouw van een stadion. Op de grond van de hofstede De Groote Kuil gingen honderden (ongeschoolde) arbeiders aan de slag. Het resultaat was een stadion met 10.000 zitplaatsen rondom een wielerbaan met op het middenterrein een voetbalveld. Burgemeester Ter Pelkwijk opende Galgenwaard op 21 mei 1936 officieel. Het stadion zat bomvol, mensen waren met overvolle trams gekomen om het nieuwe icoon van de stad te bewonderen.

Sloop door supporters
De lokale voetbalclub Hercules en DOS speelden er hun thuiswedstrijden. In 1958 werd DOS zelfs landskampioen. Zomer kwam het publiek voor wielerspektakel, destijds een populair tijdsverdrijf. Zo vestigde de legendarische stayer Cees Stam in 1974 hier het werelduurrecord stayeren (bijna 83 km achter de derny). In 1970 gingen de profclubs DOS, Elinkwijk en Velox op in FC Utrecht. In de jaren 70 kwam echter ook het voetbalvandalisme op waartegen de Galgenwaard o.a. vanwege de wielerbaan niet tegen bestand was. Nieuwbouw werd noodzakelijk om de veiligheid van spelers en supporters te garanderen. Op 20 april 1981 speelde FC Utrecht de laatste wedstrijd tegen PSV (0-0) waarna de supporters alvast met de sloop van het oude stadion begonnen … Sinds het seizoen 1982/83 speelt FC Utrecht in de nieuwe Galgenwaard.

Stadion Galgenwaard in 1936. Nieuwe Kromhoutkazerne is nog niet gebouwd, rechtsboven is het natuurzwembad in de Kromme Rijn nog te zien. Linksboven is de Schildersbuurt nog deels tuindersgrond, linksonder is de Krommerijnwijk nog niet gebouwd. – Het Utrechts Archief
Bouw hoofdtribune in 1935 – Het Utrechts Archief
Opening door burgemeester Ter Pelkwijk 21 mei 1936 – Het Utrechts Archief
Supporters ‘helpen’ met de sloop na de wedstrijd FCU-PSV (0-0) op 20 april 1981 – Het Utrechts Archief

Banksie in Oost

Op de Instagrampagina @utrechtse-bankjes van alter ego Banksie vind je bijna 200 foto’s van (lege) bankjes, vooral in Wittevrouwen, maar steeds vaker ook in Oost. Zoals de recente foto van het ‘kinki’ bankje op de Nachtegaalstraat. Het maakt ons nieuwsgierig: waarom Banksie?

Geen bankje hetzelfde
“Het is niet m’n echte naam, maar een knipoog naar Banksy, de beroemde streetartist,” zegt Banksie glimlachend als we hem spreken in het koffietentje 30ML, vlakbij z’n recente ‘kinki’ instapost. “Fotograferen is mijn werk, maar tijdens corona begon ik als ontspanning bankjes te fotograferen met mijn telefoon. Van mijn werk weer even een hobby maken. Bankjes lijken alledaags, maar als je erop let, zie je hoe verschillend ze zijn wat betreft vorm, kleur, gebruik, staat van onderhoud en vooral wat er omheen ligt en groeit. Ze vertellen daardoor veel over de bewoner. Ik fotografeer bankjes daarom juist zónder mensen erop. Dat laat ruimte voor verbeelding.”

Plek waar geleefd wordt
“In mijn eigen buurtje Wittevrouwen zijn de woningen klein, vaak zonder tuin, daarom hebben veel bewoners een bankje buiten staan. Voor deze hobby hoef ik niet ver te lopen. Maar steeds vaker wandel ik door Oost en zie eenzelfde straatbeeld met veel bankjes. Ook hier dragen ze bij aan het buurtgevoel. Mensen rusten er uit, genieten van het zonnetje, eten, drinken, denken na, maken contact met buren en voorbijgangers. Kinderen en huisdieren gebruiken ze als speeltoestel. Bankjes zijn plekken waar geleefd wordt, en dát laat Banksie zien. Zo’n instagrampagina vol bankjes is gewoon mooi man!”

[i] Instagram @utrechtse-bankjes

Het kinki bankje op de Nachtegaalstraat – foto: @Banksie

Live muziek Podium Oost

Het culturele centrum Podium Oost zoekt muzikale talenten voor Est à Fête, een middag met live muziek voor en door de buurt. Woon je in Oost en speel je in een band of ensemble, of treed je weleens op als singer-songwriter of (klassiek) solist? Dan ben je meer dan welkom om het podium te betreden voor een (kort) optreden.

Mix van muziekstijlen
Mede-organisator Sven Ras, zelf muzikant, wil een afwisselend programma samenstellen. “Pop, jazz, blues, folk, latin of klassiek, het genre maakt ons weinig uit, we streven naar een leuke mix, zowel qua muziek als publiek. Jong en oud, ouwe rockers en liefhebbers van kamermuziek, heel Oost is welkom! Omdat zowel artiesten als publiek uit eigen wijk komen, krijgen we een gezellige, ongedwongen sfeer. Wij zorgen dat podium, geluid en licht goed geregeld zijn en dat de bar soepel draait. Ons idee is om zo’n muzikale middag meerdere keren per jaar te organiseren met steeds nieuwe acts, vandaar de naam: Est à Fête, muzikanten die het estafettestokje doorgeven aan bevriende muzikanten in Oost.”

Aanmelden
Bands, ensembles, singer-songwriters en (klassiek) solisten uit Oost kunnen zich per mail bij Sven aanmelden. Ook tips over andere (verborgen) muzikale talenten in onze wijk zijn meer dan welkom. En uiteraard wil Est à Fête vooral ook het publiek uit Oost een leuke en afwisselende middag bieden, dus kom zondag 11 mei naar Podium Oost!

Datum: zondag 11 mei
Tijd: 13:30 – 17:00 uur
Toegang: €5,= p.p.
Locatie: Oudwijkerdwarsstraat 148

Gezocht: superpuzzelaar

Schrijver Paul Bersee uit Rijnsweerd werkt aan een nieuwe roman, waarin de hoofdpersoon een bijzondere uitdaging op zijn bucketlist heeft staan: het maken van de puzzel “De Tuin der Lusten” met maar liefst 9.000 stukjes – zo groot dat je er een hele eettafel voor nodig hebt. “Zelf vind ik een puzzel van 1.000 stukjes al een flinke uitdaging, laat staan zo’n monsterpuzzel,” vertelt Paul. “Om me echt in te kunnen leven in mijn hoofdpersoon, ben ik op zoek naar iemand in Oost die niet terugdeinst voor duizenden puzzelstukjes, een echte superpuzzelaar! Ik wil graag weten hoe je zo’n megaklus aanpakt, waar je thuis de ruimte vindt om zo’n gigantische puzzel neer te leggen, en hoe je (mentaal) omgaat met bijvoorbeeld 250 bijna identieke stukjes blauwe lucht die op je tafel liggen …”

Ben je zo’n fanatieke puzzelaar, of ken je er een in Oost? Laat Paul weten via redactie@oostkrant.com

Schrijver Paul Bersee beperkt zich tot puzzels van duizend stukjes – foto: Arnoud Wolff

Abstede: een moordplek

Op 26 oktober 1133 ging Floris de Zwarte, korte tijd Graaf van Holland, met een tiental gezellen valkenieren. Eenmaal buiten de nieuwe stadswallen werd hij door zijn politieke vijanden, de adellijke broers Herman van Cuijk en Godfried van Arnsberg, in een hinderlaag gelokt. Hij wist nog te ontsnappen, maar in Abbenstade (nu: Abstede) struikelde zijn paard en werd hij alsnog met het zwaard afgemaakt. Het drama speelt zich af tegen de achtergrond van het recente stadsrecht dat Utrecht in 1122 had gekregen van de Duitse keizer Hendrik V, tot groot chagrijn van de heersende Utrechtse bisschop Godebalds.

Historicus en buurtgenoot Martin de Bruijn zal vrijdag 31 januari tijdens het Cultuurhistorische Café deze (politieke) moord in het Oost van negen eeuwen geleden duiden, mede aan de hand van een (verrassende) opgraving in 1949.

Cultuurhistorisch Café
Vrijdag 31 januari 16:30 uur (inloop 16:15)
Toegang gratis (bar open na afloop)
Locatie: De Wilg (Mecklenburglaan 3-5)
Organisatie: Oost Voor Elkaar

Het maandelijkse Cultuurhistorische Café wordt elke laatste vrijdag van de maand georganiseerd door de wijkcoöperatie Oost Voor Elkaar in ontmoetingscentrum De Wilg. Een prachtige locatie, want dit voormalige schoolpand, gebouwd in Amsterdamse Stijl, heeft zélf een spraakmakende historie.

Beeld (J.A. Tolboom 1989) van Floris de Zwarte aan de gevel van Mariaplaats 17 – wikipedia CC3.0

Jaar van de voetganger?

Wordt 2025 het Jaar van de Voetganger? Deze vraag kreeg Ger Offringa in alle vroegte van reporter Robert Jan Booij van het RTVU radioprogramma Utrecht is Wakker. Ger woont in Oost en beweegt zich bij voorkeur lopend door de wijk. “In Utrecht lag jarenlang de focus op de fietser, op zich prima, maar de voetganger is daarbij op een zijspoor geraakt. Terwijl lopen zoveel voordelen biedt, vooral in een drukke, snel groeiende stad: het is gezond, sociaal en heeft geen stalling nodig. Daarom willen we graag dat de gemeente de voetganger meer ruimte gaat geven. Dus ja, maak 2025 maar het jaar van de voetganger.”

Vragen aan de wethouder
Eerder deze week stelde raadslid voor het CDA Jantine Zwinkels precies dezelfde vraag (SV 2025-02) aan de wethouder Mobiliteit. “Wij willen graag dat de gemeente beleid gaat maken om het lopen in de stad te stimuleren. Bijvoorbeeld door bredere stoepen en veilige oversteekplaatsen. Want kinderen, ouders met kinderwagens, minder valide en ouderen hebben het vaak knap lastig tussen alle auto’s en snelle fietsers, zeker in onze smalle straten. Amsterdam heeft 2025 uitgeroepen tot Jaar van de Voetganger, zij zien dat meer lopen de leefbaarheid van de stad ten goede komt. We roepen op om ook in Utrecht passende maatregelen te nemen en budget daarvoor vrij te spelen.”

Lopen zonder obstakels
Ger volgt het verkeersbeleid in de stad al langer kritisch, eerst als lid van de Wijkraad Oost, later als oprichter van de Voetgangersvereniging Utrecht Oost (VVUO). “Bij lopen denkt de gemeente nog te vaak slechts aan een groen ommetje of een rondje hardlopen door het park. Ik zie lopen als een gezonde manier om in je wijk of buurt van A naar B te komen, als alternatief voor fietsen. Bijvoorbeeld naar school, supermarkt, sportclub, werk of de binnenstad. En dan is het fijn als je zonder obstakels lekker door kunt lopen. Voor de fiets is dat goed geregeld, maar voetgangers moeten dikwijls slalommend naar hun bestemming. Of de stoep eindigt plots, zodat je tussen het overige, snelle verkeer moet bewegen, niet echt prettig en veilig. Dus mooi als de voetganger meer aandacht zou krijgen in de lokale politiek. Want uiteindelijk zijn we allemaal voetganger, zelfs als je naar je geparkeerde fiets of auto loopt!”

Ger Offringa en CDA raadslid Jantine Zwinkels in gesprek met Radio M reporter Robert Jan Booij – foto: Arnoud Wolff

Nieuwe hotspot: Vuurkorf

Bij de vier gekraakte panden aan de Burg Reigerstraat, nu Huize Pluk, hoort ook de achterliggende woning Wagendwarsstraat 48, jarenlang opslagruimte van de Wilhelmina apotheek. Het huisje is tot Vuurkorf omgedoopt door drie (HKU) studiegenoten van de bewoners van Huize Pluk.

Vuur verbindt
Initiatiefnemer Job (met pet) legt uit wat Vuurkorf beoogt. “Utrecht heeft open vuur per dit jaar verboden, dus bijvoorbeeld geen vuurkorven meer. Terwijl vuur juist zo verbindend kan zijn! Mensen uit alle culturen dansen en vertellen elkaar verhalen rondom een kampvuur, of laten hun gedachten de vrije loop als ze in de vlammen staren. Dat gevoel van rust en verbinding koesteren we hier, vandaar de naam. In dit huisje hebben we na een grote schoonmaak (zie foto’s) een expositieruimte, een minibar en een klein podium voor dans, muziek en theater gemaakt. Kleinschalig, maar geheel gericht op ontmoeting en expressie, met een echte buurtfunctie. We nodigen Oost daarom uit om in Vuurkorf kennis te maken met jonge kunstenaars en hun werk. Met onze (hart)verwarmende creativiteit willen we het gevoel van gezamenlijk vuur delen met iedereen die daar nieuwsgierig naar is en waarde hecht aan verbinding.”

De drie ‘stokers’ Cat, Job en Fons van buurthuis Vuurkorf – foto: Arnoud Wolff
Aankondiging opening Vuurkorf
Het spandoek Wagendwarsstraat 48 op de eerste kraakdag – foto: Arnoud Wolff
De vier gekraakte panden aan de Burgemeester Reigerstraat – foto: Arnoud Wolff

Buurtkalender

De Franse Buurt vierde in 2024 haar 70-jarig bestaan met een groots feestjaar, met als klap op de vuurpijl: een eigen scheurkalender, feestelijk gepresenteerd tijdens de jaarwisseling klokslag twaalf uur. Initiatiefnemer en buurtbewoner Barbara van Beers kijkt met trots terug op de vieringen. “Met elkaar hebben we het afgelopen jaar een fantastisch feestprogramma neergezet. De energie en het talent van iedereen in de buurt zijn ongekend! In de scheurkalender komen de vele mooie momenten die we samen hebben beleefd weer tot leven. Het is een bijzondere mix van oude en nieuwe foto’s, buurtverhalen en historische weetjes. Het was ontzettend leuk om te maken en een fijne afsluiting van ons feestjaar. Hopelijk blijft het buurtgevoel ook in het nieuwe jaar springlevend. De kalender herinnert ons er in ieder geval elke dag aan.”

De Scheurkalender Franse Buurt 2025 heeft een beperkte oplage. Interesse? Mail Barbara.

Over de Franse Buurt
De buurt Lodewijk Napoleonplantsoen wordt ook wel de Franse Buurt genoemd vanwege straatnamen (Koningsweg, Kozakkenweg, Lodewijk Napoleonplantsoen en Fransestraat) die verwijzen naar de aanwezigheid van koning Lodewijk Napoleon in Utrecht rond 1800. Het is een typische jaren 50 wederopbouwbuurt met een grote verscheidenheid aan woonvormen: villa’s, portiek-, galerij-, duplex- en eengezinswoningen. Voor elk wat wils! In dit gebied langs de Kromme Rijn werkten en woonden eeuwenlang tuinders en hoveniers, een rijke geschiedenis die in het naslagwerk De Cultuur-Historische Analyse van de Kromme Rijnwijk (2006) in woord en beeld wordt verteld.

Scheurkalender: pagina 25 februari 2025
Officiële presentatie klokslag 00:00 uur oudjaarsavond.
Nieuw infobord op het plein aan de Kozakkenweg ter viering van het 70-jarige bestaan van de Franse Buurt met aan de ene kant ruimte voor aankondigingen van activiteiten en aan de andere kant de geschiedenis van de buurt – foto: Arnoud Wolff
Bewoners van de Franse Buurt legden een buurttuin aan tussen twee flats met als blikvanger een betonnen bankje dat is opgevrolijkt met mozaïek. Foto: Merel Bree
Bewoners vergroenen de Fransestraat

Straathartjes

De vrolijke hartjes van SillystreetheartS vind je op meerdere gevels en puien in Oost, de wijk waar de streetartist woont. Ze maakt ze van epoxy op hout, allemaal met een eigen verhaal dat ze deelt op haar Instagram @SillystreetheartS. Omdat ze liever anoniem blijft om overijverige wetshandhavers voor te blijven, weten weinig buurtgenoten wie ze is. Toch is ze in de serieuze streetart-wereld geen onbekende. Ze werkt vaak samen met grote namen, zoals bij het duurzaamheidsproject Bee Positive in Rijnsweerd.

Hartjes voor de leuk
“In Parijs raakte ik geïnspireerd door de vele 3D streetart. Prachtige werken! Mijn eerste streethearts maakte ik met epoxy in een ijsklontjesmal in de vorm van hartjes. Ik ben er al snel een uur of vier mee bezig, vooral om alle kleuren en glitters er goed in te krijgen. Want zo’n hartje moet natuurlijk wel shinen! De hartjes hebben vaak een boodschap, en soms zijn ze gewoon silly, voor de leuk dus.”

Tot aan Parijs
Er hangen nu ruim 100 hartjes, tot aan Parijs. Een deel is inmiddels ontvreemd, wat jammer is, want sommige hebben voor haar behalve artistieke ook een grote emotionele waarde. “Ik maakte ooit een hartje voor een overleden vriendin, echt jammer dat het weg is. En naast de liefde zit er ook veel arbeid en creativiteit in zo’n hartje. Wat ik probeer te delen met voorbijgangers is de vreugde dat als je goed om je heen kijkt, je soms iets opmerkelijks ziet. Je wordt er even vrolijk van, of het zet je aan het denken.”

‘Dream Big!’, de nieuwjaarswens voor 2025, op een muur naast bakkerswinkel District. De eigenaar van de muur liet het hartje binnen een week weer verwijderen. Gelukkig hebben we de foto nog …
Hartje In Stijl op het monumentale hek van Antoniushof, een ode aan het liefdesnestje dat Gerrit Rietveld en Truus Schröder bouwden even verderop – foto: Arnoud Wolff
SillystreetheartS aan het werk op de Adriaen van Ostadelaan – Foto: Arnoud Wolff
Saenredamstraat achterzijde Utrechtse Schoolvereniging
exBunker in het Wilhelminapark

Kerstkransje in Sterrenwijk

Misschien zit het in de naam, maar wanneer kerst nadert, beginnen de dames van Sterrenwijk werkelijk te stralen – net als de sterren – als ze hun kerstboeketten maken. Een kleine 30 enthousiaste bloemschikkers gingen in buurthuis Sterrenzicht aan de slag met dennengroen, hulst, lichtjes, slingers en bakken vol kerstspullen. Het resultaat? Prachtige, handgemaakte kunstwerken! Bloemschikken is dan ook een geliefde traditie in ’t Wijk en – letterlijk – een verbindende activiteit voor de buurt. Drie keer per jaar maken ze een bij het seizoen passend boeket, nu dus kerst. Loop deze dagen eens door Sterrenwijk en laat je betoveren door de fonkelende kransen die ramen en deuren versieren.

Foto’s: Richard Tukker
Karin, Astrid en Grada – foto: Rita