Auteursarchief: Oostkrant

Woonhuis Van Ravesteyn

Op steenworp afstand van het beroemde Rietveld-Schröderhuis ligt nóg een architectonische parel: het woonhuis van architect Sybold van Ravesteyn (1889-1983), Prins Hendriklaan 112, aan de rand van Rijnsweerd. Het monument wordt sinds 2019 beheerd door Vereniging Hendrick de Keyzer als museumhuis. Delen van het jaar kun je er overnachten, in de rest van het jaar is het huis open als museum. Wat een verblijf zo bijzonder maakt: de inrichting uit de tijd dat van Ravesteyn er woonde, is nog grotendeels in takt.

Gewapend beton
Van Ravesteyn trad in 1921 als constructeur in dienst van wat tegenwoordig de Nederlandse Spoorwegen heet. Zijn eerste klus was de constructie van de Inktpot, het grootste bakstenen gebouw van Nederland. Later promoveerde hij tot huisarchitect van de spoorwegen. Hij bouwde veel stations (o.a. het oude Centraal Station van Utrecht), seinhuizen en depots, doorgaans van gewapend beton, een bouwmateriaal dat toen in opkomst was en waar hij veel kennis van had. Buiten het spoorwezen tekende hij ook voor de Diergaarde Blijdorp en theater Kunstmin in Dordrecht. Na de oorlog gingen veel van zijn (spoor)ontwerpen tegen de vlakte, vandaar zijn bijnaam: de meest gesloopte architect van Nederland.

Polderweg
In 1932 kreeg hij de kans om een eigen woonhuis aan de Prins Hendriklaan 112 te bouwen op een onbebouwd driehoekig kavel naast een rijtje traditionele jaren 30 huizen tegenover de Kromhoutkazerne. Het was een tip van Rietveld, die wist dat zijn collega na zijn scheiding nieuwe woonruimte zocht. De laan ging daar over in een landweg richting de toen nog onbebouwde Johannapolder, tegenwoordig Rijnsweerd. Op het taps toelopende stuk grond paste geen standaard woning. Maar daar wist hij wel raad mee. 

Golven en krullen
Van Ravesteyn bouwde met bescheiden middelen een huis waarin het prettig was om te wonen én te werken. De kenmerkende gele bakstenen waren afdankertjes van de Spoorwegen. Hij experimenteerde ook met golvende lijnen en weelderig krullende vormen, geheel tegen de rechtlijnige principes in van het toen populaire Nieuwe Bouwen dat juist inzette op een moderne, zakelijke bouwstijl wars van niet-functionele vormen. Het streven naar licht-lucht-ruimte nam hij wél over, zoals te zien in de grote ronde erker. Hij combineerde ook verschillende functies (wonen en werken) in één ruimte. 

Buurt: Rijnsweerd | kaart

Links het huis van Ravesteyn, bij de landweg richting Johannapolder, tegenwoordig Rijnsweerd – Het Utrechts Archief 1958
Utrecht Centraal Station in 1940 – Nationaal Archief

Huisnummerpuzzel

Oost kent één wel heel bijzonder huisnummer: Biltstraat 113 B bis A. De woning staat te koop op funda (onder bod). De complexe combinatie van cijfers en letters zal niet de reden zijn, maar voor postbodes en bezorgers is het toch een puzzeltje. Typisch Utrecht ook, zo zo legde de vereniging Oud Utrecht in een artikel uit 1993 uit.

Elke wijk een letter
Tot eind 18de eeuw hadden huizen in de (binnen)stad geen nummer. Veel huizen hadden een eigennaam. Of iemand woonde ‘vlakbij herberg de Rode Leeuw, in het huis met de spitse torenpunt’. Dan wist je genoeg. In 1795 gaf de nieuwe Franse bezettingsmacht voor het eigen overzicht de acht wijken in de (binnen)stad een letter. Wijk C herinnert daar nog aan. In elke wijk kregen de huizen een doorlopend nummer, dus niet per straat. Bovenhuizen kregen ‘bis’ als toevoeging, het betekent ‘nog eens’ in het Frans. Dit is nog altijd een typisch Utrechts gebruik, de meeste gemeenten gebruiken hiervoor Romeinse cijfers.

Nieuw systeem
In 1879 wordt de nummering in de snel groeiende buitenwijken verfijnd. De nummering gaat voortaan per straat: even nummers links en oneven rechts, met nog altijd de toevoeging bis voor bovenhuizen. In 1891 gaat ook de binnenstad over op dit systeem. Na het splitsen van een huis, of het bebouwen van een leeg kavel, krijgt een nieuw adres er een letter bij. Adres 8A ligt dus tussen 8 en 10 en wie op 10B woont heeft buren op 10A en 12. Als zo’n woning ook een bovenhuis heeft (met eigen voordeur), krijgt dat de gebruikelijke toevoeging bis, bijvoorbeeld 17B bis. Zit er nóg een woning boven, dan volgt een extra letter: 17 B bis A.

Zo kun je de puzzel ‘Biltstraat 113B bis A’ dus oplossen.

Meer info over wijknamen en huisnummers in Utrecht via Oud Utrecht.

Biltstraat nr 113B bis A is de tweede bovenwoning. Foto: Funda
Plattegrond met de 12 wijken in 1850 (Abstede en Oudwijk waren nog niet bebouwd) – Het Utrechts Archief

Het Oosterspoor

De Hollandse IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HIJSM) opende in 1874 bij Hilversum een zijtak van haar Ooster Spoorweg richting Duitsland (Amsterdam – Zutphen). Passagiers konden voortaan vanaf Hilversum via Utrecht-Oost naar Lunetten reizen om daar over te stappen op het staatsspoor richting het zuidelijk gelegen Den Bosch. HIJSM bouwde voor dit Oosterspoor het indrukwekkende Maliebaanstation, voorzien van alle comfort en luxe die de moderne reiziger wenste.

Concurrentie
In 1885 opende de HIJSM een halte aan de Biltstraat. Hier konden reizigers eenvoudig overstappen op de populaire paardentram naar De Bilt en Zeist. Deze halte groeide snel uit tot een druk station, wat ten koste ging van het verderop gelegen Maliebaanstation. Het oosterspoor verloor nog meer reizigers toen de concurrent Staatsspoorwegen na een fusie in 1890 fors investeerde in het station aan de westkant van de stad, het latere Utrecht Centraal.

Donkere bladzijde
In 1921 kwam de genadeklap voor het passagiersvervoer op het Oosterspoor. Treinen vanuit Hilversum konden bij Blauwkapel via een nieuwe verbinding doorrijden naar het snelgroeiende Utrecht Centraal. In 1939 vertrok de laatste passagierstrein uit Oost. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden 1.500 Joodse inwoners van Utrecht via twee transporten vanaf het Maliebaanstation gedeporteerd, een zwarte bladzijde in de geschiedenis. Een monument ter plekke herinnert hieraan.

Chloortrein
Na de oorlog reden er alleen nog goederentreinen over het Oosterspoor, vaak met gevaarlijke stoffen zoals chloor. In 1978 richtten bezorgde buurtbewoners het Komité Stop De Chloortrein Utrecht op, die met ludieke acties probeerden de ‘giftreinen’ te stoppen. Ondanks hun inspanningen beeindigde AkzoNobel pas in 2002 het transport van chloor door dichtbevolkte gebieden.

Oude spoorwoningen
Langs het Oosterspoor werden bij elke overgang wachterswoningen gebouwd. De woningen aan de Burgemeester Reigerstraat 47A (1910), Korte Baanstraat 47B (1864), Zonstraat 48A (1873) en Koningsweg 52A (1873) zijn behouden gebleven. De woning aan de Abstederdijk 155 (1863) heeft lange tijd als dienstwoning gefungeerd. Spoorwachters die hier woonden, bedienden de spoorbomen en controleerden het spoor enkele keren per dag. De woningen langs het Oosterspoor kregen de toevoeging ‘A’ om ze te onderscheiden van de hoofdlijn richting Zutphen. Het zijn nu gemeentelijke monumenten.

Park Oosterspoorbaan
Eind 2012 werd het zuidelijke deel van het Oosterspoor buiten gebruik gesteld en afgesloten vanwege de verbreding van het drukke treintraject Utrecht – Arnhem en de aanleg van de Uithoflijn, de tramverbinding naar de universiteit. Sindsdien is het Spoorwegmuseum het eindpunt. In 2017 werd het oude dubbelspoor vanaf de Abstederdijk omgetoverd tot Park Oosterspoorbaan, een wandel- en fietspad dat de Maliesingel verbindt met de Koningsweg.

Locomotief uit de richting Maliebaanstation ramt het seinhuis van de overgang Burgemeester Reigerstraat, 1942. Linksachter is het puntdak van het brandwachtershuis (nu horeca) nog net te zien – Het Utrechts Archief
Komité Stop Chloortrein Utrecht op de spoorwegovergang Abstederdijk in 1979 – foto: Maria Smit
Postbesteller, bokkenkar en een paardenrijtuig van Van Gend & Loos in 1895 – Het Utrechts Archief
Station Biltstraat aan de kant van Buijs Ballotstraat 1908. Het station is afgebroken, maar de verbreding tussen de twee sporen ‘verraadt’ nog haar oude locatie – Het Utrechts Archief
Routenetwerk van de HIJSM in 1889 inclusief het Oosterspoor dat aansloot op het staatsspoor naar Arnhem – Het Utrechts Archief
Maliebaanstation in 1927 met rechts de locomotievenloodsen en boven het terrein waar nu speeltuin de Bloesem ligt

Sterrenwijk zomerkloar!

Ondanks de tropische hitte wordt er hard gewerkt in Sterrenwijk. De vrijwilligers van Stichting Present zijn volop bezig om de tuinen van oudere bewoners zomerklaar te maken. Onkruid wieden, overtollige stenen verwijderen, struiken snoeien en alles netjes schoonvegen; niets is te veel voor deze harde werkers. Wat een topactie!

Samen Aan de Slag
Stichting Present organiseert door het hele land honderden vrijwilligersdagen. Bedrijven, scholen en families kunnen zich inschrijven voor een klusdag. Dit is niet alleen goed voor teambuilding, maar ook een leuke manier om nieuwe steden of wijken te ontdekken. De stichting werkt vaak samen met buurtorganisaties zoals vandaag DOCK, Buurtteam, woningbouwcorporatie en wijkbureau. Deze organisaties kennen de bewoners goed en kunnen, naast het klussen, ook andere problemen oplossen. En het handige van klussen in Sterrenwijk: je krijgt de hele dag door updates over de kansen van Oranje op het EK van de lokale experts. Conclusie: we worden wel degelijk kampioen!

De vrijwilligers van Stichting Present – foto: Arnoud Wolff

Podiumkunst bij de buren

Muziek- en theaterliefhebber opgelet: zondagmiddag 30 juni veranderen een aantal huiskamers en tuinen in Oost in podia voor muzikanten, dichters en theatermakers. Dit alles onder de vlag van het landelijke festival Gluren Bij De Buren, dat lokaal talent en nieuwsgierige buren op een speelse manier samenbrengt. Artiesten treden die middag meerdere keren (gratis) op, zo kun je wandelend of op de fiets meerdere plekken en acts in je buurt bezoeken. In Oost zijn er 22 adressen met een brede waaier van vooral muzikale acts. Zie programma met plattegrond.

Zondag 30 juni 13:00 – 18:00 uur
Toegang gratis, ruimte is op sommige locaties beperkt.
Meeste acts spelen drie keer op hun locatie.
Meer info: www.glurenbijdeburen.nl/utrecht

Hein Baljet in de Pelikaanstraat, Gluren Bij De Buren editie 2022 – bron: instagram HeinBaljet

Koningsweg weer vrij

De historische damsluisbrug wordt in ere hersteld, evenals het gebied rondom de waterlinieforten Lunet I en II. Eind oktober zou de restauratie klaar zijn, echter gooit Stedin een kink in de kabel. Zij kan pas over een half jaar een gasleiding verplaatsen. Daarom heeft de gemeente besloten de werkzaamheden tot die tijd te staken en de opengebroken weg weer dicht te maken. Zie wijkbericht. Eind juni kan (auto)verkeer weer over de Koningsweg.

Houtense Vlakte
Met de bouw van de Nieuwe Hollandse Waterlinie in de 19de eeuw kon ook de stad Utrecht door ondiep water verdedigd worden (inundatie). Deze uitbreiding kende echter een zwakke schakel: het hoog gelegen zuidoosten van de stad, de Houtense Vlakte. Vier kleine forten, dicht opeen en gebouwd in de vorm van een halve maan (in het frans: lunet), de zogenoemde Lunetten, moesten daarom dit kwetsbare deel van de stad verdedigen. Zo beschermden de forten Lunet I en II de toegangsweg vanuit Bunnik/Zeist, de Koningsweg. Deze liep via de damsluisbrug over het verbindende kanaal tussen de twee fortgrachten. De naam damsluisbrug verwijst naar haar functie: in geval van dreiging kon het leger met de houten brugdelen het kanaal afsluiten en zo het omliggende gebied onder water zetten. Een ingenieus wapen!

Unesco werelderfgoed
In 1962 is de brug afgebroken en het kanaal gedempt om de drukker wordende Koningsweg recht te trekken. Toen in 2021 UNESCO de Nieuwe Hollandse Waterlinie uitriep tot werelderfgoed, kwam deze historie weer (letterlijk) boven water. Utrecht gaat de forten opknappen, evenals het gebied eromheen, inmiddels omgedoopt tot Lunettenpark. De twee fortgrachten worden de komende maanden weer verbonden en de ingenieuze damsluisbrug hersteld. Het oude fundament van de damsluisbrug bleek nog in goede staat en wordt hergebruikt. Na de werkzaamheden kun je dit militaire erfgoed in Oost wandelend en per kano (her)beleven.

Omleiding autoverkeer
Tijdens de werkzaamheden is de Koningsweg tussen tuincentrum Koningsdal en de Rijndijk afgesloten voor autoverkeer. Voetgangers en fietsers kunnen nog wel richting Bunnik. Woningen, Koningshof en Stadsjochies zijn per auto alleen bereikbaar vanuit de Laan van Maarschalkerweerd (Kampong). Meer info in het wijkbericht.

Hartje in Stijl

De vrolijke, fonkelende hartjes van SillystreetheartS vind je overal ter wereld. Ter ere van het 100-jarig bestaan van het Rietveld Schröderhuis heeft de street artist een prachtig hartje in Stijl bevestigd op het monumentale hekwerk dat langs de route naar het wereldberoemde huis staat. Het onlangs gerenoveerde hekwerk stamt uit 1920 toen hier nog het Antonius Gasthuis (nu Antonius Ziekenhuis) zat, al sinds de jaren 50 beroemd om haar complexe (open)hartoperaties. Deze plek klopt!

Wie is Sillystreetheart?
SillystreetheartS woont in Rijnsweerd. Ze maakt hartjes van epoxy op hout, allemaal met een eigen thema. Ook in Oost prijken een aantal van haar kunstwerkjes op gevels. Elk hartje heeft een verhaal dat ze deelt op haar Instagram @SillystreetheartS. Omdat ze liever anoniem blijft vanwege overijverige wetshandhavers, kennen maar weinig mensen haar echte identiteit. Toch is ze in de serieuze streetart-wereld geen onbekende. Ze werkt steeds vaker samen, zoals bij het liefdeskraantje met de Utrechtse kunstenaar MrKubus, of binnen het duurzaamheidsproject BeePositive.

Hartjes moeten shinen
“In Parijs raakte ik geïnspireerd door de vele 3D streetart. Prachtige werken! Mijn eerste streethearts maakte ik met epoxy in een ijsklontjesmal in de vorm van hartjes. Ik ben er al snel een uur of vier mee bezig, vooral om alle kleuren en glitters er goed in te krijgen. Want zo’n hartje moet natuurlijk wel shinen! De hartjes hebben vaak een boodschap, en soms zijn ze gewoon silly, voor de leuk dus.”

Tot aan Parijs
Er hangen nu ruim 100 hartjes, tot aan Parijs. Een deel is inmiddels ontvreemd, wat jammer is, want sommige hebben voor haar behalve artistieke ook een grote emotionele waarde. “Ik maakte ooit een hartje voor een overleden vriendin, echt jammer dat het weg is. En naast de liefde zit er ook veel arbeid en creativiteit in zo’n hartje. Wat ik probeer te delen met voorbijgangers is de vreugde dat als je goed om je heen kijkt, je soms iets opmerkelijks ziet. Je wordt er even vrolijk van, of het zet je aan het denken. Zoals dit hartje, een eerbetoon aan Gerrit Rietveld en Truus Schröder die met hart (en ziel) een bijzonder woonhuis bouwden.”

Antoniushof – foto: Arnoud Wolff
SillystreetheartS aan het werk in Oost – Foto: Arnoud Wolff

Jong ontmoet oud

“Als ik terugdenk hoe ik als jong kind in het jappenkamp Tjideng zat, komt alles weer boven. Zoals de kampcommandant, een hele nare man. Hij schreeuwde, sloeg en hij gaf ons soms geen eten.” Dit was het eerste wat mijn buurvrouw Marijke vertelde tijdens ons interview.

Marijke is 88 jaar. Meer dan twee uur heb ik vol aandacht naar haar verhalen geluisterd. Ondanks een verstoorde kindertijd is ze gewoon doorgegaan met haar leven. Daar heb ik veel respect voor. In februari 1946 was Indonesië niet meer veilig voor haar familie en keerde ze terug naar Nederland. Ondanks het moeilijke verleden, praatten ze er thuis nooit over. “Maar onze bijzondere familieband zal ik nooit vergeten.”

Lege bucketlist
In 1987 verhuisde ze met haar gezin naar Utrecht-Oost. Ze werd vertaalster Spaans en werkte tot haar 75ste voor de rechtbank. Haar bucketlist is nu leeg, vertelt ze me. “Ik ben wel klaar met bereiken”. Wél blijven talen haar passie. Italiaans en Spaans wil ze nog bijspijkeren. “En als ik op vakantie ben, probeer ik altijd iets van de taal te leren.”

Durf te willen
Tot slot vertelt ze dat Oost een prachtige plek is om te wonen. “We voelen ons hier erg thuis. Zolang ik elke dag in mijn tuintje kan werken, blijf ik hier graag.” En heeft ze nog tips voor jonge buurtgenoten, zoals ik? “Durf te willen weten en durf om hulp te vragen!”

Wil jij ook zoals Aimee Haas een oudere buurtgenoot interviewen? Laat ons weten via redactie@oostkrant.com

Oost aardgasvrij

In 2034 draait Utrecht de gaskraan dicht in de buurten Oudwijk, Sterrenwijk en Wilhelminapark, bij elkaar zo’n 3.500 woningen en winkels. De rest van Oost volgt later, maar wel vóór 2050, de deadline van het klimaatakkoord van Parijs. Hoe gaan we straks onze woningen aardgasvrij verwarmen? Kom voor tips en discussie naar het Energiecafé dat wordt georganiseerd door het bewonersinitiatief Energieteam Oost.

Energieteam Oost
In 2010 is een vereniging opgericht door Utrechters die kennis over energie willen delen, onafhankelijk van de overheid: Energie-U. Wijkgenoot Paul van Seters is sinds 2016 voorzitter. “Wij vinden dat bewoners zeggenschap moeten hebben over hun energie. Stadsverwarming is té belangrijk om aan Eneco over te laten, een commerciële partij die bovendien in Japanse handen is. Alternatieven moeten een eerlijke kans krijgen. Onze ervaringsdeskundige leden delen kennis via nieuwsbrieven, workshops en webinars. In onze wijk hebben we samen met de wijkcoöperatie Oost voor Elkaar het Energieteam Oost gevormd. Voor en door bewoners. We gaan o.a. een magazine maken en Energiecafés organiseren rond bepaalde thema’s.”

Spreekuur Gemeente
Yvette de Jong is door de gemeente ingehuurd om bewoners en ondernemers in Oudwijk en Wilhelminapark te helpen bij de overgang naar aardgasvrij verwarmen. Ze helpt behalve huiseigenaren ook huurders, omdat die een (wettelijke) stem gaan krijgen bij de keuze voor alternatieve energiebronnen. Elke tweede donderdag van de maand houdt ze spreekuur (10:00-12:00 uur) in Podium Oost, aanmelden is niet nodig. Yvette is ook bereikbaar via aardgasvrij@utrecht.nl en telefonisch via het centrale nummer van de gemeente 14-030 (vragen naar Yvette de Jong).

Uitvoeringsplan
De gemeente laat een adviesbureau eerst onderzoeken welke alternatieven technisch en financieel haalbaar zijn voor Oost. Daarna volgt een zogenoemd uitvoeringsplan waarin is uitgewerkt hoe per (sub)buurt het aan- en afkoppelen precies in zijn werk gaat. De uitvoeringsplannen voor Sterrenwijk, Wilhelminapark en Oudwijk (blok 1) moeten in 2026 door de gemeenteraad zijn goedgekeurd, dat is al best snel! Goedkeuring voor blok 2 (Abstede en Buiten Wittevrouwen) moet in 2032 gegeven worden, gevolgd door blok 3 (Rijnsweerd, Rubenslaan en Schildersbuurt) in 2042. De inschatting is dat de uitvoering na het vaststellen van een uitvoeringsplan acht jaar duurt.

Meer informatie
Oost Aardgasvrij: projectpagina (gemeente)
Tips duurzaam wonen: Jouw Huis Slimmer
Kritische visie op stadswarmte: stadsver(w)arming
Bewoners die samenwerken: www.energie-u.nl/

Energieteam Oost, een samenwerking van Energie-U en wijkcoöperatie Oost voor Elkaar – foto: Arnoud Wolff
Yvette de Jong houdt elke tweede donderdag van de maand spreekuur in Podium Oost – foto: Arnoud Wolff
Stappenplan om aardgasvrij te worden – bron: Gemeente Utrecht
Foto: overzichtskaart van de oostkant van de stad met de volgorde waarin buurten aardgasvrij moeten worden. De deadline voor blok 1 is 2034. Blok 2 en 3 krijgen de tijd tot 2040 resp. 2050 – bron: Gemeente Utrecht
Huidige warmtenet van Eneco in Oost

De stemming in Oost

De opkomst bij de Europese verkiezingen in Oost was met 72% hoger dan de stad (56%) en het land (47%). Kanttekening: niet iedereen stemt in zijn eigen wijk, en op het Utrecht Sciencepark maken ook medewerkers en studenten die buiten Oost wonen gebruik van de stembussen. Op de uitslagenpagina van de gemeente Utrecht kun je de uitslagen per stemlokaal bekijken.

Hieronder de uitslag in Oost plus een vergelijking met de stedelijke en landelijke uitslag, alles gesorteerd op partijgrootte in Oost.

Uitslag in Oost Europees Parlement in 2024
Vergelijking uitslag Europees Parlement 2024
Uitslag in Oost Tweede Kamerverkiezingen in 2023
Vergelijking uitslagen Tweede Kamerverkiezingen in 2023