Hoveniers van Oost

Utrecht, en zeker Oost, heeft een rijke tuindershistorie. Zo was Abstede eeuwenlang de moestuin van de oude ommuurde stad. Toen de stad ging uitbreiden buiten de grachten, schoven de hoveniers (Utrechtse naam voor tuinders) steeds verder op, tot aan Maarschalkerweerd toe. De buitenexpositie op Koningshof laat deze rijke geschiedenis zien.

Hoveniers
Oost was eeuwenlang de groentetuin van de bemuurde stad. Op de vruchtbare klei van de Kromme Rijn en zijtakken als de Minstroom was het goed tuinieren. De tuinders werden hoveniers genoemd, afgeleid van ‘de hof’, een smalle, langgerekte moestuin achter het huis. Bewoners tuinierden lange tijd binnen de stadsmuren, maar vanaf de 17de eeuw steeds meer erbuiten. Zoals in het Absteder buitengerecht (buurt met enkele stadse rechten) dat net buiten de Tolsteegpoort lag, een van de vier hoofdingangen van de stad. Bekende hoveniersfamilies in Abstede waren Agterberg, Jongerius, Koot en van Zijl.

Vruchtbare grond
De hoveniers in Abstede legden zich toe op winterspinazie en rode kool, gewassen die al vroeg in het voorjaar geoogst konden worden. Zo konden ze in de zomer en het najaar weer andere gewassen als bladgroenten, uien en prei telen. De vruchtbare gronden van Abstede leverden het hele jaar door opbrengst. De oogst werd met paard en wagen of hondenkar naar de markten in de stad gebracht, of verkocht aan de deur. Later nam de klokveiling (Paardenveld, later Croeselaan) de rol van handelsplaats over.

Einde groenteveiling
De stad breidde vanaf de 19de eeuw snel uit buiten de singels en de hoveniers schoven – gedwongen door oprukkende industrie en woningbouw – steeds verder op richting het buitengebied Maarschalkerweerd. Toen de Utrechtse groenteveiling eind 20ste eeuw haar deuren sloot, verdwenen ook de laatste hoveniers uit de stad. Groente en fruit kwamen inmiddels vanuit de hele wereld naar Utrecht.

Expositie Utrechtse hoveniers
Koningshof, dat is gevestigd in en rond de oude kassen van de bekende hoveniersfamilie Jongerius, zet zich in om het groene erfgoed van de hoveniers levend te houden. Zo kun je langs de moestuinen de buitenexpositie met titel ‘De hoveniers van Utrecht’ bekijken. Aan de hand van panelen met oude foto’s, prenten, landkaarten en anekdotes kun je de ontwikkeling door de eeuwen stap voor stap heen volgen. Verhalen over harde winterspinazie en rode kool, bijnamen als De Bril, De Blauwe en De Kraaij, de veiling en de rol van de katholieke kerk. Een aanrader voor wie wil begrijpen waarom bijvoorbeeld Oost zo’n merkwaardig stratenplan heeft en in het straatbeeld nog zoveel oude boerderijen en moestuinen zijn te zien.

Bekijk de expositie ook digitaal.

Hovenier met groentekar op de Notebomenlaan rond 1900 – Het Utrechts Archief
Tuinders aan het werk op een hof achter de Maliebaan 1860 – Het Utrechts Archief
Hovenierswoningen langs de Abstederdijk in 1829 – Het Utrechts Archief
Infopanelen op een typische éénruiter moesbak – Arnoud Wolff
Hoveniersgeschiedenis in Oost, speciale uitgave van Afdeling Erfgoed (2010)