Casper en Simon, beiden acht jaar oud, zijn beste vrienden. Ze wonen bij het Van Alphenplein in Oudwijk Noord. Ze lazen in de vorige krant over Suze en Merijn, en willen graag vertellen over hún buurt.
“Het liefst spelen we met Lego! En op het plein voetballen we, doen we tikkertje of bouwen we hutten. Helaas mogen we van drie bewoners niet in het bosje spelen.” Volgens Simon mag dat ook van de gemeente niet, maar daar is Casper het niet mee eens: “Volgens mij vindt die dat wél goed.” Ook de bomen bij het voetbalveld zijn verboden terrein. “Maar daar spelen we stiekem”, roepen ze eensgezind. Ondanks de strenge ‘pleinbewakers’ zijn ze blij met hun buurt. Simon: “Er wonen hier veel kinderen. We kunnen lekker buitenspelen, want er zijn weinig auto’s.” Casper vindt ook Sint Maarten en Koningsdag leuk: “Dan gaat deze wijk écht helemaal los en zijn er veel mensen op straat.”
Graag minder honden
Zijn er ook verbeterpunten? “Meer gras rondom het veld”, zegt Casper. “Nu ligt er vooral zand en dat wordt modder als het regent.” Simon ergert zich aan de honden die uitgelaten worden: “Die rennen het veldje op en pakken onze bal af. Zo verpesten ze het hele spel. En er ligt echt heel vaak hondenpoep op het veldje, dat is vies!” Casper vult aan: “Er ligt ook veel rommel op het plein. En laatst gooiden de oudere jongens vuurwerk in de prullenbak!” Zeggen ze daar dan iets van? Casper: “Jawel, maar ze luisteren niet.” Als het kon, wat zouden ze de burgemeester vragen om te veranderen? Simon: “Minder honden op het plein.” En Casper: “Minder afval. En een goede plek waar we hutten kunnen bouwen.”